Kosten vaarbewijs in 2026: waar moet je rekening mee houden?

Denk je aan lange zomerdagen varen op het water, zelf achter het stuur van een motorboot of snelle sloep langer dan 15 meter of met een snelheid van meer dan 20 kilometer per uur? Dan kom je al snel uit bij een vaarbewijs. Voor je begint met leren is het handig om een duidelijk beeld te hebben van de kosten vaarbewijs in 2026.

Veel mensen kijken alleen naar het examengeld voor het vaarbewijs, maar dat is nog maar een deel van het verhaal. Je krijgt ook te maken met lesmateriaal, eventueel een cursus, het aanvragen van het pasje en soms met extra of verborgen kosten. Het totaal kan zomaar honderden euro's hoger uitvallen dan je eerst dacht.

In dit artikel zetten we alle belangrijke kosten op een rij. Je krijgt ook twee concrete rekenvoorbeelden en praktische tips om geld te besparen, zodat jij met een realistisch budget je vaarbewijs halen kunt zonder vervelende verrassingen achteraf.

Kosten voor het halen van je vaarbewijs in 2026

Globaal zijn er drie soorten kosten als je een vaarbewijs gaat halen:

1. Verplichte kosten rondom het examen
2. Voorbereidingskosten (boeken, cursussen, oefenexamens)
3. Extra en eventuele herexamenkosten

Laten we beginnen bij de verplichte posten die vrijwel iedereen betaalt.

Basis- en examenkosten in 2026

De CBR-tarieven voor klein vaarbewijs 1 en klein vaarbewijs 2 zijn in 2026 licht gestegen. In grote lijnen kun je uitgaan van de volgende bedragen voor het examen bij het CBR:

De actuele CBR examenkosten kun je altijd nakijken op de pagina met CBR tarieven voor 2026. Bedragen kunnen gedurende het jaar wijzigen.

Let op: de prijzen in de tabel zijn indicaties voor 2026. Wat jij uiteindelijk betaalt voor het examen, hangt af van bijvoorbeeld het pasfotobedrijf, of je het pasje via een servicepunt regelt en of er nog administratiekosten bijkomen. De gezondheidsverklaring is een vaste CBR-post.

Cursus of zelfstudie: wat kost voorbereiding op je vaarbewijs?

Naast de vaste examenkosten heb je voorbereiding nodig op de theorie voor je vaarbewijs. Hoe je dat doet, maakt veel uit voor de totale kosten.

Je hebt grofweg drie opties:

• Alleen zelfstudie met een theorieboek en losse oefenexamens voor het theorie-examen
• Een online cursus of videotraining
• Een klassikale theoriecursus als dagcursus of avondcursus, eventueel als combipakket voor Vaarbewijs 1 en 2

Richtprijzen voor theorievoorbereiding

In 2026 zie je ongeveer deze prijsbandbreedtes:

• Theorieboek vaarbewijs: ongeveer €30 tot €60
• Los pakket met online oefenexamens voor het theorie-examen: ongeveer €20 tot €40
• Complete online cursus Vaarbewijs 1: ongeveer €75 tot €120
• Klassikale dagcursus Vaarbewijs 1: ongeveer €130 tot €180
• Combi-cursus Vaarbewijs 1 + 2: ongeveer €200 tot €350

Online vaarscholen, zoals Vaarschool Het Kompas, werken vaak met videolessen, examengerichte uitleg over de regelgeving voor de binnenvaart op rivieren, kanalen en meren, en grote pakketten oefenvragen. Een online cursus of klassikale cursus kost iets meer dan alleen een theorieboek, maar verkleint de kans op een herexamen, en dat scheelt weer geld.

Verborgen en vaak vergeten kosten

Naast de grote posten zijn er kosten die veel mensen pas merken als ze al bezig zijn. Een paar voorbeelden:

• Reiskosten en parkeren
  Treinkaartje, benzine, parkeergarage bij het CBR of de cursuslocatie. Reken al snel op €10 tot €30 per examendag, afhankelijk van waar je woont.
• Herexamen
  Zak je, dan betaal je het volledige examengeld opnieuw. Voor Vaarbewijs 1 is dat in 2026 weer rond de €50 tot €55, voor Vaarbewijs 2 ongeveer €60 tot €65.
• Toeslagen bij het CBR
  Extra tijd door bijvoorbeeld dyslexie kost ongeveer €13 extra. Een examen met individuele begeleiding kan uitkomen op zo'n €40 tot €65 extra. Een avond- of weekendexamen kost meestal een paar euro extra per keer.
• Extra studiemateriaal
  Denk aan samenvattingen, apps, geprinte oefenvragen of een tweede boek als de regels zijn veranderd.

Voorbeelden: wat kost een vaarbewijs halen in de praktijk?

Theorie is leuk, maar hoeveel ben je nu ongeveer kwijt als je het allemaal bij elkaar optelt? Hieronder twee realistische rekenvoorbeelden voor 2026.

Voorbeeld 1: voordelig klein vaarbewijs 1 met zelfstudie

Stel, je wilt alleen vaarbewijs 1 halen en je leert het liefst zelfstandig met zelfstudie. Je kiest voor een theorieboek en een klein pakket oefenvragen.

Mogelijke kosten:

• Theorieboek vaarbewijs 1: €35 tot €50
• Online oefenexamens: €15 tot €30
• CBR examen KVB1: ongeveer €51,30
• Gezondheidsverklaring: ongeveer €12,50
• Aanvragen vaarbewijs pasje: ongeveer €12,25 tot €25
• Pasfoto: €10 tot €15
• Reiskosten en eventueel parkeren: ongeveer €15 tot €25

Reken je dit bij elkaar op, dan kom je in 2026 voor deze route meestal ergens tussen €150 en €190 uit, zolang je in één keer slaagt voor het theorie-examen. Een goede voorbereiding op de theorie verhoogt je slagingskans aanzienlijk. Heb je al een recente pasfoto of kun je een theorieboek lenen, dan kan het nog wat goedkoper. Moet je herexamen doen voor vaarbewijs 1, tel dan simpelweg nog eens ruim €50 erbij.

Voorbeeld 2: uitgebreide cursus voor vaarbewijs 1 + klein vaarbewijs 2

Ben je fanatiek watersporter en wil je meteen goed voorbereid zijn op grotere wateren, dan kies je misschien voor een volledige combi-cursus vaarbewijs 1 en vaarbewijs 2. Een complete cursus biedt vaak een hoger slagingspercentage.

Stel:

• Combi-cursus vaarbewijs 1 + 2 (online of klassikaal): €250 tot €350
• CBR examen KVB1: ongeveer €51,30
• CBR examen KVB2: ongeveer €61,05
• Gezondheidsverklaring (één keer): ongeveer €12,50
• Aanvraag vaarbewijspasje: ongeveer €12,25 tot €25
• Pasfoto: €10 tot €15
• Reiskosten voor cursusdagen en examens: ongeveer €40 tot €70

In dit scenario zit je totaal al snel rond de €450 tot €550 in 2026, afhankelijk van de gekozen cursus en je reiskosten. Dat past ook bij de algemene inschatting dat een vaarbewijs halen met cursus gemiddeld tussen ongeveer €250 en €400 kost per vaarbewijs, en wat hoger wordt als je direct beide vaarbewijzen doet.

Tips om te besparen op de kosten van je vaarbewijs

Gelukkig heb je zelf best veel invloed op de totale kosten van je vaarbewijs. Een paar praktische bespaartips die niet ten koste gaan van je slagingskans.

• Boek je examen op tijd
  Vroeg plannen geeft meer keuze in tijden en locaties. Zo voorkom je avond- of spoedtoeslagen en dure last minute reizen.
• Kies een passend leerpakket
  Ben je goed in zelfstudie, dan is een theorieboek plus online oefenvragen vaak genoeg. Heb je moeite met leren, dan kan een duurdere maar duidelijke online cursus juist goedkoper uitpakken dan één of twee herexamens.
• Denk na over een combipakket voor vaarbewijs 1 en vaarbewijs 2
  Weet je nu al dat je later ook vaarbewijs 2 wilt halen, kijk dan naar een combipakket. Vaak is dat goedkoper dan twee losse cursussen.
• Tweedehands materiaal, maar wel actueel
  Een boek van een paar jaar oud is soms prima, maar controleer of de stof nog aansluit op het huidige examen. Verouderde regels kunnen je onnodig punten kosten.
• Bereid je serieus voor
  De grootste kostenpost die vaak te voorkomen is, is een herexamen. Maak veel oefenvragen, kijk uitlegvideo's en plan voldoende tijd in voor de theorie en om te varen. Een uurtje extra leren is goedkoper dan nog een keer ruim €50 neerleggen.

Conclusie: slim omgaan met de kosten van je vaarbewijs

Als je alles op een rij zet, zie je dat de basis rond het examen per vaarbewijs al snel rond de honderd euro ligt. Tel je daar voorbereiding op de theorie, lesmateriaal en reis- of cursuskosten bij op, dan kom je in 2026 vaak uit tussen grofweg €150 en €200 met zelfstudie, en tussen ongeveer €250 en €400 of meer als je een volledige cursus volgt.

Het belangrijkste is dat je overzicht houdt. Schrijf alle posten voor jouw situatie op, van examen tot pasfoto, eventuele herexamens en het aanvragen vaarbewijs. Dit artikel richt zich op de theoriekosten; het praktijkexamen brengt extra uitgaven met zich mee. Dan weet je precies hoeveel budget je nodig hebt om je vaarbewijs te halen en kun je rustig toeleven naar het moment dat je voor het eerst legaal zelf het roer in handen neemt.